100% Zufriedenheitsgarantie Sofort verfügbar nach Zahlung Sowohl online als auch als PDF Du bist an nichts gebunden
logo-home
college 15 en 16 5,49 €   In den Einkaufswagen

Notizen

college 15 en 16

 1 ansicht  0 kauf
  • Kurs
  • Hochschule

Woord voor voor woord meegetypte aantekeningen

vorschau 2 aus 11   Seiten

  Zum Beispiel

Dein Dokument wird erstellt...

mobile-preview
  • 17. juni 2019
  • 11
  • 2018/2019
  • Notizen
  • Unbekannt
  • Alle klassen
avatar-seller
NIP - College 15 – 16






















Als je meer stelt hoef je niet per se meteen te bewijzen.
149 lid 1 → De rechter mag alleen op vaststaande feiten iets doen → dan moet hij op dat punt
alvorens te kunnen beslissen of er een toerekenbare tekortkoming is dan zal hij misschien nog nader
bewijs behoeven
2 arresten over bewijslastverdeling gezien→ daar zie je dat het veel uitmaakt wie uiteindelijk de
bewijslast krijgt over de mogelijkheid door middel van bewijs een bepaald feit te laten vaststaan dat
het uitgangspunt vormt voor de beslissing (ovk tot stand gekomen?)

Die regel van 149 is erg van belang
- Tweede lid → De rechter kijkt eerst naar wat de ene partij heeft gesteld en wat de tweede
partij heeft gesteld; feiten van algemene bekendheid behoeven geen bewijs.

Het geding is van partijen → de rechter oordeelt op basis van hetgeen hem wordt voorgehouden.
Het zou zelfs zover kunnen gaan dat partijen in de processtukken een feitelijke voorstelling geven die
volstrekt afwijkt van de werkelijkheid → als de ene partij het stelt en de andere partij ontkent het
niet dat wordt het gezien als de waarheid → processuele waarheid (‘als vaststaand beschouwen’).

In menig processtuk zal je als openingszin zien → ‘gedaagde heeft kennisgenomen van de
dagvaarding en ontkent al hetgeen daarin staat (ongeveer)’
- Dat is geschreven in het kader van ik moet het betwisten, maar als het alleen met deze zin
doet, dan zal het kunnen worden gezien als onvoldoende betwisting. Dus je moet het nader
aanvullen.

Op het einde een bewijsaanbod -> als ik moet bewijzen dan bied ik hierbij mijn bewijs aan

Bewijsaanbod vs bewijsaandraagplicht
- Twee onderscheiden zaken
- Bewijsaandraagplicht → art 111 lid 3 Rv = als de wederpartij een bepaald grond heeft
betwist dan moet jij de weerlegging ervan geven (= substantiering) en ook aangeven hoe je
de weerlegging zou kunnen bewijzen.

De rechter zit dus menigmaal met zijn handen in zijn haar en dan komt hij uiteindelijk met de
beslissing hoe hij het bewijs wil hebben en dan gaat hij dus iemand belasten met het bewijs. Dan
heeft hij de bewijslast verdeeld en dat doet hij op basis van art 150 Rv met inachtneming van art 149
Rv. En dat legt hij neer (de verdeling) in een tussenvonnis en dan wordt er een RC aangewezen die
dat mag bekijken. → en dan gaat de zaak naar de rol en dan wordt dat uitlating hoe je dat wilt

1

, NIP - College 15 – 16

bewijzen (voorbrengen van getuigen ofso) en dan wordt er een datum geprikt voor het
getuigenverhoor ed.




De eerste zin moet je met een korreltje zout nemen → want als je meer hebt gesteld dan nodig dan
hoef je dat meerdere niet te bewijzen en de feiten van algemene bekendheid hoeven niet bewezen
te worden. Er zullen ook feiten zijn die niet worden ontkend. Dus de rechter peilt af uit de
processtukken hoe het zit met bewijslast.

Maar er zit een probleem → correctie
- Er kan een andere verdeling komen
o Uit enige bijzondere regel
o Uit de eisen van redelijkheid en billijkheid

→ Je ziet dus dat de regel van 150 is opgeknipt in twee blokjes
- Eerste blokje is → regel tot tenzij
- Tweede blokje → na tenzij → omkering van de bewijslast






















Als jij een vordering gaat instellen dan ga je eerst in het materiele recht kijken wat de basis is voor de
vordering → als de basis bijv. art 6:162 BW dan moet je ervoor zorgen dat de elementen die leiden
tot een OD in je stuk naar voren komen en als dan bijv. het causaal verband wordt betwist. Dan weet
je: het materiele recht zegt: voor het rechtsgevolg voor verbintenis uit de wet voor

2

Alle Vorteile der Zusammenfassungen von Stuvia auf einen Blick:

Garantiert gute Qualität durch Reviews

Garantiert gute Qualität durch Reviews

Stuvia Verkäufer haben mehr als 700.000 Zusammenfassungen beurteilt. Deshalb weißt du dass du das beste Dokument kaufst.

Schnell und einfach kaufen

Schnell und einfach kaufen

Man bezahlt schnell und einfach mit iDeal, Kreditkarte oder Stuvia-Kredit für die Zusammenfassungen. Man braucht keine Mitgliedschaft.

Konzentration auf den Kern der Sache

Konzentration auf den Kern der Sache

Deine Mitstudenten schreiben die Zusammenfassungen. Deshalb enthalten die Zusammenfassungen immer aktuelle, zuverlässige und up-to-date Informationen. Damit kommst du schnell zum Kern der Sache.

Häufig gestellte Fragen

Was bekomme ich, wenn ich dieses Dokument kaufe?

Du erhältst eine PDF-Datei, die sofort nach dem Kauf verfügbar ist. Das gekaufte Dokument ist jederzeit, überall und unbegrenzt über dein Profil zugänglich.

Zufriedenheitsgarantie: Wie funktioniert das?

Unsere Zufriedenheitsgarantie sorgt dafür, dass du immer eine Lernunterlage findest, die zu dir passt. Du füllst ein Formular aus und unser Kundendienstteam kümmert sich um den Rest.

Wem kaufe ich diese Zusammenfassung ab?

Stuvia ist ein Marktplatz, du kaufst dieses Dokument also nicht von uns, sondern vom Verkäufer Eriogonum_Centropyge.venustus. Stuvia erleichtert die Zahlung an den Verkäufer.

Werde ich an ein Abonnement gebunden sein?

Nein, du kaufst diese Zusammenfassung nur für 5,49 €. Du bist nach deinem Kauf an nichts gebunden.

Kann man Stuvia trauen?

4.6 Sterne auf Google & Trustpilot (+1000 reviews)

45.681 Zusammenfassungen wurden in den letzten 30 Tagen verkauft

Gegründet 2010, seit 15 Jahren die erste Adresse für Zusammenfassungen

Starte mit dem Verkauf

Kürzlich von dir angesehen


5,49 €
  • (0)
  Kaufen